Voeding en opvoeding

Voeding en opvoeding

Voeding en opvoeding

Eet zelf gezond. Ook al is je kind nog zo klein, jij bent nu al het voorbeeld. Ook als het gaat om goede en slechte eetgewoonten. Gewoonten leer je niet zo snel af, daarom is het belangrijk om te zorgen dat je kind al vroeg goede gewoonten aanleert. Een gezonder kind begint bij een gezond voorbeeld.

Eet jij 3 drie hoofdmaaltijden per dag en kies je voor iets gezonds voor tussendoor? Dan is de kans groot dat je kind straks ook de gezonde keuzes maakt en niet voortdurend vraagt om snoep en snacks. Loop je veel, en pak je het liefst de fiets? Dan weet je kind niet beter dan dat bewegen normaal is. 

Dus laat zelf zien dat je gezond eten belangrijk en lekker vindt. Zet als je gaat eten de tv uit en lees niet tijdens de maaltijd. Dan wordt eten met elkaar en met aandacht een gewoonte voor je kind.

Werk toe naar vaste eet- en drinkmomenten

Let op dat je kind maximaal 3 maaltijden per dag eet en niet vaker dan 4 keer iets tussendoor. Dit verkleint het risico op overgewicht en tandbederf. Bijvoorbeeld: ontbijt, tussendoor-moment, lunch, tussendoor-moment, warme maaltijd. Zo leert je kind om niet de hele dag door te eten en te drinken. 

Ontbijt altijd. Je kind heeft ‘s ochtends nieuwe energie nodig om weer goed te kunnen starten. ‘s Ochtends iets eten brengt de spijsvertering op gang en zorgt ervoor dat je kind belangrijke voedingsstoffen binnenkrijgt. Goed ontbijten helpt ook bij het behoud van een gezond gewicht.

Lunch altijd. Lunchen is belangrijk om de hele middag te kunnen spelen en leren. Ook krijgt je kind door een goede lunch alle belangrijke voedingsstoffen binnen. 
Geef niet te veel tussendoor, anders lust je kind tijdens de maaltijden niets meer. Als je iets tussendoor geeft, doe dat dan op een vast moment. Dan leert je kind ook dat hij er op andere momenten niet om hoeft te vragen. 

Houd de regelmaat erin en maak tijdens lange autoritten regelmatig een stop om iets te eten en te drinken. Zorg voor een voorraadje voor onderweg, zoals kleine pakjes vruchtensap, mineraalwater, fruit, rijstwafels of soepstengels. Zo houd je kind het vaste eet- en drinkritme vast. 

Wacht niet met eten totdat je kind eigenlijk al te moe is voor een maaltijd. Als je kind te moe is, heeft hij geen aandacht en geen trek meer. Juist bij het aanleren van vaste maaltijdmomenten is het heel belangrijk dat je kind op tijd eet.

 

Eet samen aan tafel

Als je samen met je kind aan tafel eet, zorg je voor duidelijke eetmomenten. Je kind leert dan: nu is het tijd om iets te eten. Ga je van tafel, dan is dat eetmoment voorbij. Dit helpt om je kind te laten wennen aan vaste eetmomenten en een gezond eetpatroon te ontwikkelen. Samen aan tafel eten is ook veel gezelliger. 
Als je kind aan tafel niet wil eten, ruim je de tafel af. Het eetmoment is dan voorbij en hij krijgt bij de volgende maaltijd weer de gelegenheid. Door je kind aan te leren op vaste momenten te eten voorkom je dat hij onregelmatig en steeds tussendoor wil eten.
Maak het eten gezellig maar blijf niet te lang aan tafel zitten. Voor kinderen is dat moeilijk vol te houden.

 

Jij bepaalt wat je kind eet, je kind bepaalt hoeveel hij eet

Dit is heel belangrijk. Als jij je kind eten opdringt, eet hij misschien te veel. Dat kan op den duur leiden tot overgewicht. Je kind is geboren met een natuurlijk gevoel voor honger en verzadiging. Het voelt dus zelf heel goed aan wanneer het voldoende heeft gegeten en gedronken.
Ieder kind heeft wel eens een periode waarin het wat slechter eet. Sommige kinderen zijn dan moe of vinden iets niet lekker. Dat is niet erg. Kinderen moeten soms wel 10 keer iets proeven voordat ze iets lekker vinden. Blijf gewoon proberen. En bedenk dat een kind dat groeit en levendig is, genoeg binnen krijgt. 

 

Tips voor als je kind slecht eet

  • Maak het eten eens op een andere manier klaar. Stamp spinazie bijvoorbeeld eens rauw door de aardappelpuree.
  • Laat je kind meehelpen in de keuken. Op die manier krijgt het meer belangstelling voor de maaltijd.
  • Schep maar hele kleine beetjes op. Als je kind meer wil, vraagt het er wel om.
  • Geef niet te veel tussendoor, mogelijk heeft je kind daardoor aan tafel weinig trek.
  • Dwing je kind niet zijn bord leeg te eten. Als je kind niet of weinig wil eten van wat op zijn bordje ligt, dan is dat zo. Geef dan ook niks anders en geef niets extra tussendoor om de maaltijd te vervangen. Met dat laatste houd je het slechte eten tijdens 'etenstijd' namelijk in stand.
  • Lust je kind een bepaalde groente niet? Probeer het dan een volgende keer nog eens. Een kind moet ongeveer 10 keer iets proeven voordat het aan een nieuwe smaak is gewend.
Ieder kind groeit in zijn eigen tempo en heeft zijn eigen lichaamsbouw. Daardoor kunnen kinderen onderling sterk verschillen qua lengte en gewicht en eten ze ook niet allemaal evenveel. Vergelijk je kind dus niet te veel met andere kinderen. Maak je je zorgen over het eetpatroon of het gewicht van je kind, vraag dan advies aan het consultatiebureau.

 

Zorg voor rust tijdens het eten

Zet de televisie uit als je eet. Televisiegeluid leidt erg af. Dat geldt voor volwassenen, maar nog meer voor kinderen. Eet met aandacht voor elkaar en met aandacht voor het eten. Ga ook niet de krant lezen onder het eten. Aandacht en rust helpen bij het creëren van vaste maaltijdmomenten en dragen zo bij aan een gezond eetpatroon.

 

Gebruik eten niet als troost, straf of beloning

Als je kind dat leert, gaat het zich later misschien ook troosten of belonen met eten. Dat kan leiden tot overgewicht. Geef liever even aandacht. Speel of dans even met je kind op de arm, kijk plaatjes, zing een liedje. En een knuffel werkt altijd! 

Straf je kind aan tafel niet door bijvoorbeeld het toetje niet te geven. Beloon je kind ook niet met ander eten als het zijn groente opeet. Je kind kan dan gaan denken dat groenten eigenlijk niet lekker zijn. Moedig je kind liever aan met woorden, complimenteer hem als hij gezellig aan tafel heeft gezeten en goed heeft gegeten. 

 

Laat je kind bewegen

Bewegen helpt om gezond te blijven. Het is goed voor de motoriek van je kind én voor een gezonde trek in eten. Want als je kind beweegt, verbruikt hij energie. 
Laat je kind lopend of fietsend naar school gaan. En laat hem lekker buitenspelen. Let op veiligheid, maar wees niet te bang. Peuters en kleuters doen eigenlijk nooit iets wat ze niet kunnen. Laat ze dus lekker hun gang gaan. Geef ook zelf het goede voorbeeld met eten en bewegen.